Hoe zitten de codices in elkaar?

In de K.B. te Den Haag bevinden zich twee rijkelijk geïllustreerde codices met Nederlandstalige tekst, KAW XVI, hierna te noemen handschrift S en 76 E 4, hierna te noemen hs. H. Ze bevatten:

  S   H
f. 1r-6v kalender en cisiojanus f. 1r-6v kalender en cisiojanus
f. 7r-25v Natuurkunde Geheelal f. 7r-22v Natuurkunde Geheelal
f. 25v-28r Die cracht der Mane f. 23r-25r Die cracht der Mane
f. 28r astrologische tabel en kort traktaat f. 25r-v astrologische tabel en kort traktaat
f. 28r-29v recept tegen epilepsie en medicinale water-recepten f. 25v-26v recept tegen epilepsie en medicinale water-recepten
f. 29v-34r Boec der aspecten van de maan f. 26v-31r Boec der aspecten van de maan
f. 34r-35v 4 complexiën f. 31r-32v 4 complexiën
f. 36r-37r physiognomie f. 33r-34v physiognomie
f. 38r-163r Jacob van Maerlant, Der Naturen Bloeme f. 1r-118v Jacob van Maerlant, Der Naturen Bloeme(1)

Qua teksten en volgorde komen deze twee codices geheel overeen. Het aantal regels per kolom wijkt af en de samenstelling van de katernen evenzo. Eén uitzondering op het laatste: beide beginnen met een katern van drie folia, precies genoeg voor de 12 bladzijden die voor een kalender nodig zijn. Ze zijn in dezelfde hand geschreven als de codices, dus niet door anderen toegevoegd.(2)

  1. Gegevens ontleend aan R. Jansen-Sieben, Repertorium van de Middelnederlandse Artes-literatuur. Utrecht [1989].
  2. Voor een uitvoerige beschrijving van de codices verwijs ik naar Ria Jansen-Sieben, De natuurkunde van het geheelal. Een 13de-eeuws middelnederlands leerdicht. Brussel 1968, blz. 119-131.